Erik Laverman

Terug naar de vorige pagina <<

 

index ingezonden

Nederland

Pagina van Erik Laverman

INHOUD

 

omhoog  KROMME MIJDRECHTSTRAAT E.O. 1948 - 1960

Ik ben in mei 1948, ik was toen zes jaar, in de Kromme Mijdrechtstraat komen wonen. Wij betrokken de woning op nr. 81/1, een vierkamer woning.
Boven ons, op 2 hoog, woonde de familie Mulder, bestond uit een moeder, twee dochters, Joke en Nellie, en een zoon Fred, waar de vader was, is mij niet bekend. Daarboven woonde een oudere man met zijn dochter, zijn naam Prantl. Met deze mensen hadden wij weinig contact. Onder ons, in het beneden huis woonde de familie Zwankhuizen, vader Ad, moeder Aatje, kinderen, Maartje, Kees en Ada, daar hadden wij meer contact mee.


Heden - Kromme Mijdrechtstraat 81
Foto:
Google Streetview

De vader des huizes was één van de weinige straatbewoners die een auto had. Het was een oud beestje, maar toch. Zij hadden nog meer familie in de straat wonen, n.l. zijn ouders op 77/1 en zijn zuster met haar gezin op 89/1, de familie Broenland.
Naast ons in het beneden huis, nr. 83, woonde de familie Cosse, vader, moeder en vijf kinderen, t.w.: Kitty, Carla, Loes, Pim en Ada. De vader(Wim) werkte bij een winkel in elektrotechnisch installatiebureau in de Rijnstraat, de naam is mij ontschoten, maar de winkel was naast de schoenwinkel van Matto. Bovendien had de man een muzikaal gehoor, hij speelde n.l. piano zonder één noot te kunnen lezen, alle buren konden “meegenieten”. Met Loes kreeg ik later “verkering”.
Op 85/3 woonde een familie, ik weet hun naam niet meer, waar ook een lilliputter in huis was, dat viel toen wel op, zijn naam: Bennie.
Klaas Lanser vertelde dat Adrie van Oorschot, komende vanaf de Amsteldijk, rechts woonde, helaas, het was links en wel op nr. 88/3, het was tegenover ons, ik kwam daar veel over de vloer, televisie kijken op zaterdagavond,want wij hadden nog geen tv. Hij was cabaretier en zijn pianist woonde naast ons op nr. 79/h, Justus Jesayes, een echte heer.
Adrie van Oorschot had drie kinderen, zoon Jonti, dochter Mieke en nakomer zoon Kees. De familie is later verhuisd naar het Roelof Hartstraat. Boven de familie Jesayes, dochter heet Evelien, woonde de familie Barend, ook een gezin met vijf kinderen, één van de kinderen, Peter, speelde ik regelmatig mee. Ook tegenover ons huis, op nr. 90/2, woonde de familie van Hoek, vader Leo, moeder Annie, dochter Ria en zoon Leo, met Leo trok ik dagelijks op en wij zijn dan ook hele goede vrienden geworden, heden ten dage nog. Wij beschouwen elkaar als familie.
Op nr. 92/h woonde mevrouw Goldstaub met haar zoon Pieter en dochter Evelyn en daarboven op de eerste verdieping woonde de heer en mevrouw Nuszbaum, wij gingen daar met een aantal kinderen op woensdag- en zaterdagmiddag regelmatig televisie kijken. De heer Nuszbaum had voor die tijd een opvallende auto, n.l. een Chevrolet Bel-Air. Een echte “Amerikaanse slee”. Ook aan de overkant woonde de familie Roels met vier of vijf kinderen, twee namen herinner ik mij nog, zoon Jos en dochter Ankie; zij woonden op nr. 86/h, op 84/h woonde Hetty Cassa en op 84/2 Ineke Geertsema, haar vader werkte op de Amsterdamse Muziekschool.
Als je dan verder in de richting van het plein liep, kreeg je aan je rechterzijde op nr. 69/h de woning van ene Hennie, een moeder van een tweeling, waarvan het gerucht ging dat zij “de hoer speelde”. In het benedenhuis op nr. 65 woonde, haar naam is al vaker genoemd, de vrouw die men “Dikke Marietje” noemde, onafscheidelijk met haar hondjes op de fiets. Over haar werd wel verteld dat zij vaak te vinden was in een bepaalde kroeg op de Zeedijk. Boven haar op de derde etage woonde de familie Sloof, vader, moeder en twee zoons, later kwam er nog een nakomertje, een meisje. De twee jongens, Wim en Meindert, hij werd ook wel Broer genoemd, waren de schoffies van de straat en haalden regelmatig rottigheid uit. Naast de woning van Dikke Marietje was het schildersbedrijf van familie de Smale, één van hun kinderen, Theo, is toen omgekomen bij een motorongeluk, zij waren op weg naar een motor-crosswedstrijd waar Frits en Rob Selling aan meededen. De familie Selling zat met hun werkplaats annex garage naast het bedrijf van de Smale. Later hadden zij, achter in de straat, vlakbij de Amsteldijk, twee winkels in gebruik en daarna de voormalige autoshowroom van DKW, later AUTO-UNION, op de hoek van de straat en de Amsteldijk.
Naast voornoemde winkels zaten nog twee winkels n.l. de winkel van van Vilsteren, de man heeft ooit bij ons thuis een gashaard aangesloten, en de melkhandel van Karneworf. Mevrouw Karneworf ventte in de straat de melk uit en riep als zij aan belde: “Mello”, haar heb ik regelmatig geholpen tijdens de schoolvakanties. Dan was daar nog de krantenbezorger van Het Parool, de man riep altijd luidkeels, als hij aanbelde: “HET PAROOL”, als je doof was kon je nog horen; zijn naam Spiegelberg, woonde aan de evenzijde van de straat; met zijn zoon, Jopie trok ik regelmatig op. Vlakbij het plein woonde de familie Nooy van het Amsterdams Volkstoneel, daar tegenover was de drogisterij van Muller, en geen Mulder, aardige man, liep altijd in een stofjas. Hij woonde zelf op het plein op driehoog naast de tramremise, ook op het plein was een sigarenwinkel, daartegenover zat een groentehal van Joop la Grouw, hij verhuisde later naar het August Allebéplein en begon een nachtwinkel. De groentehal werd overgenomen door Tabak die later verhuisde naar de Van Woustraat. Op de hoek van de Lekstraat zat slagerij Buitenman en daarnaast een schoenmaker, die ik wel eens hielp met het bezorgen van gerepareerde schoenen aan de klanten. Op de hoek van de Kr. Mijdrechtstraat en de Waverstraat zat een bakkerij, waar met “luilak” altijd de luilakbollen werden gehaald, op de hoek schuin tegenover de bakker zat een kruidenier en daarnaast in de Waverstraat zat een slagerij, La Viande, ik weet nog dat mijn moeder daar veelal het vlees kocht en niet bij Buitenman, daar was de kwaliteit een stuk minder, volgens haar.
Op de hoek van de Lekstraat/Gaaspstraat zat een koffiehuis; in dezelfde straat, tegenover de speeltuin woonde de leider van het Coctail Trio, Ad v.d. Gein, verderop inde Gaaspstraat, vlakbij de Uiterwaardenstraat, zat een slagerij waar mijn moeder balkenbrij haalde, was toen zijn specialiteit.
In de speeltuin, heb ik, als zoveel kinderen uit de buurt, veel tijd doorgebracht. In de Lekstraat zat een kleine boekwinkel en op de hoek van de Lekstraat/Vechtstraat zat de kapper, Westerbork, waar mijn vader en ik altijd kwamen. Als je dan door loopt naar de Rijnstraat, krijg je een aantal winkels die Klaas Lanser al noemde, rechtsaf de Rijnstraat zaten daar ondermeer twee ijssalons, de één heette “La Stella”, echte Italianen, de ander heette volgens mij “Joco”, de eigenaar droeg een toupet, dat viel nogal op omdat dat ding niet goed op zijn hoofd zat. Later is in dit pand een wasserette gekomen. Voorbij “Joco” was de bekende sigarenwinkel van Harry Sacksioni, met daarnaast de bekendste bakker uit de buurt: Bartels, hier werd door ons altijd het brood en aanverwante artikelen gekocht. Schuin tegenover de bakker zat de alom bekende Jac. Hermans en de ijzerwarenwinkel van Seijffert, hij was de animator van de jaarlijkse Sint Nicolaas optocht en de aanwezigheid van Don Carlos. Als de je Rijnstraat, vanuit de Lekstraat, links in gaat waren er naast de kerk nog een aantal winkels w.o. de delicatessenzaak van Oet en de huishoudelijke artikelenwinkel van Jaca, op de hoek van de Rijnstraat/Trompenburgstraat was dan de Catharinaschool.
Op de hoek van de Gaaspstraat/Trompenburgstraat zat een sigarenwinkel en twee huizen daarnaast zat een garage, die helemaal doorliep naar de Kromme Mijdrechtstraat, tegenover het plein. Naast die garage, een paar huizen verder, begon de blinde muur van papierfabriek “Nestelroij”, die helemaal doorliep tot aan de Amsteldijk; tegen deze muur hebben we menig balletje getrapt, vooral samen met Leo van Hoek. Op de Amsteldijk was de ingang van de papierfabriek met daarnaast het consulaat van Honduras.
Ik ben op school gegaan in de Jekerstraat, de Vondelschool, alleen de eerste klas, daarna naar een houten gebouw in de Lekstraat voor de tweede klas, juffrouw d’Arnaud was de onderwijzeres in beide klassen; dit was tijdelijk want de nieuwbouw in de Uiterwaardenstraat was nog niet klaar. De naam van de school was Prof. Kohnstammschool en vanaf de derde klas zat ik in de nieuwe school. Ik zat achtereenvolgens in de klas bij juffrouw Mellens en de heren Ligthart (2x) en Beekveld. Het is een prettige schooltijd geweest. In mijn schooltijd zat er naast mij nog iemand uit de Kromme Mijdrechtstraat in de klas, n.l. Dea Haringman. Mijn schoolvriend was Hans Pekel die in de Boterdiepstraat woonde.
Op straat spelen deden wij dagelijks, zomer en winter. Lag er ’s winters veel sneeuw dan gingen wij met de slee de Berlagebrug over naar de cacaofabriek van Korff (Kenners Kiezen Korff) en daar konden wij met de slee van het talud afglijden, altijd lol. Ook speelden wij nogal eens bij de pont t.h.v. “Het Kabouterhuis” en dan een beetje stoer doen en van de klep afspringen, totdat mijn vader dit zag en ik behoorlijk op m’n donder kreeg, ik heb het daarna achterwege gelaten.
Ik heb een leuke jeugd gehad in de Kr. Mijdrechtstraat waar aan ik met heel veel plezier terug denk. In 1960 zijn wij verhuisd naar de Sportstraat in de Stadionbuurt.

Deze digitale gedenksteen heb ik geplaatst ter nagedachtenis aan de voormalige bewoners van mijn ouderlijke woning in de Kromme Mijdrechtraat 81/1.
Bron: gegevens uit het Joods Digitaal Monument

Roosje Reens-van Straten »
Amsterdam, 20 april 1899
Auschwitz, 9 augustus 1942
Echtgenote
Sonja Reens »
Amsterdam, 9 februari 1923
Auschwitz, 30 september 1942
Dochter
Carina Reens »
Antwerpen, 6 mei 1928
Auschwitz, 9 augustus 1942
Dochter
 

Erik Laverman – 23 november 2009
e-mail: eriklaverman (ad) hetnet.nl


omhoog  REACTIE: Pim Courant

Ik heb met heel veel belangstelling je artikel gelezen over bovengenoemde straat waar ik op nr. 86 (3 hoog) heb gewoond vanaf 1934 t/m 1963. Als ik zo je artikel naloop wil ik hierop nog wat aanvullingen geven.

Boven de familie Cosse woonde de fam. Bouman, een bloemenhandelaar en op 3 hoog daar had de fam. Bleeker gewoond, die weggehaald was..
Kitty Cosse herinnerde ik me nog heel goed als een wulps meisje met zoals wij nadat noemden:'honing aan haar kont".
De lilliputter Bennie was erg bekend. Mijn zusje Annie en haar vriendinnetje Nellie van Mourik mochten niet meer naar hem toe sinds onder ons jongeren bekend was geworden dat Bennie af en toe zijn lid liet vasthouden door kleine meisjes en ook wel jongetjes. Bennie kwam ook aan zijn gerief bij Marie Buitgendijk, die ongeveer naast de fam Baartscheer woonde, ik meen zelfs naast Hennie. Die speelde de hoer en had een busje met een soort divan erin. ikt busje stond vaak op de Amsteldijk waar ze haar cliënten ontving. Later kreeg ze verkering met een gozer die groenteman was. Van zijn omgang met haar werd een pikant detail bekend, dat hij 's nachts de wekker moest zetten om Hennie meerdere malen van katoen te geven.

Dikke Marie (haar eigen naam mw Eijkenduin-Boers) was naar verluidt getrouwd met een zeekapitein. Zij vervulde een hele sociale rol voor Duitse soldaten, die ze allerlei adviezen gaf over huwelijksproblemen etc. In haar kamer had ze een tijgervel liggen met de kop er nog aan. Griezelig. Naar verluidt werd op dat vel wel de liefde bedreven. Wij als straatjochies probeerde aan het raam vaak af te luisteren wat er gezegd werd. De doek waarop stond "Gott sei mit uns" hield ons een beetje tegen.
Haar twee buldogjes waarvan de ene Sampa heette, dribbelden op hun korte pootjes net zo als hun bazin. Als Dikke Marie in het Mirandabad op haar buik lag te zonnen gooiden wij soms een fles koud water over haar rug. Zij kwam dan vloekend overeind zodat wij haar enorme blote borsten konden zien.

Volgens mij was vader Smale stratenmaker en geen schilder. Ik geloof dat er wel 12 kinderen in dat gezin waren. Mw Smale zei vaak tegen mijn moeder:'ik heb liever al mijn kinderen dan één van u. Schuin tegenover dat schilders bedrijf woonde volgens mij een familie Hoed of de Hoed. De vrouw hield het met een van de schildersbazen en de Hoed zelf was duidelijk een mietje.

Voordat Selling schuin tegenover zijn garage zijn woning betrok, woonde er de Rijksduitser Fritze. Ik werd nog al eens door de Hitlerjugend achterna gezeten, die probeerden hun dolkmes op mijn kuiten te mikken. Het was nl. zo dat de woningen van de weggehaalde joodse bewoners al heel gauw door NSB-ers bezet werden.
Mw Kanneworf nam de winkel over van schoenmaker de Korte, een NSBer.
Drie hoog boven hem woonde de gemengd gehuwde Fam. Kransberg. Als ik met hun zoontjes wat te hard de trap af kwam, dan kwam hij naar buiten en riep: "als ik jullie te pakken krijg, zal ik de stront uit jullie keel knijpen!". Ik meen dat daar voordien een joodse sigarenzaak was geweest. Van de zoon des huizes zei mijn vader altijd dat hij op eieren liep.

Nu moet ik even duidelijk maken dat ik op nr. 86 naast A3 van Oorschot heb gewoond, dus links van ons, rechts woonde Piet (Noop) Slop, met vroujw en zwager.
Later kwam hier een fam. wonen met een dienstmeid op de zolderkamer. Die mocht niet bij de familie op het toilet, dus die poepte op een krant en gooide de verpakte drol in de tuin van de fam. Schoonhoven (later Roels). Vandaar dat Wietje Schoonhoven een groot bruin bord gemaakt had met in witte letters geschreven tekst: Gooi s.v.p. geen drollen in de tuin!
Pa Schoonhoven had nog in Atjeh gevochten en had een stuk of 16 a19 kinderen over 2 vrouwen verdeeld. Mijn vader zei daarom dat deze buurman vaak met 'de blanke" sabel had gevochten.

Onder ons woonde de Fam. Goluecke. Een verkapte NSB-er die zijn speldje achter zijn revers droeg. Hij verzekerde voor heilige missen. In onze gezinscode werd hij de Hemelverzekeraar genoemd. Hij was zo Katholiek dat hij de omgang van de 2e dochter met een protestant streng verbood. Als er niet naar hem geluisterd werd zou hij die protestant laten weghalen.

Rechts van onze onderbuurman woonde de fam . Brockx (ik hoop dat de naam goed gespeld is) De man of de zoon verscheen af en toe aan de deur in zijn uniform van de Todeskopf SS. Dus daar bleven wij sowieso al verre van.

Links van Schoonhoven (Roels) woonde de oude Hr Roco. Die van een lekker borreltje hield en nog de ouwe joodse gein had. Als de verzekeringsman aan de deur kwam en die zei "lekker weer he meneer Roco, 't wordt al lente". Dan was het antwoord:"ga nou maar door, ik heb geen cente".

Met Pieter Goldstaub was ik bevriend. Samen met Hans Bouman en soms ook Bram de Haan speelden wij bij Pieter Monopoly. Niet zo zeer altijd om het spel maar om de de druiven, die in overvloed in hun tuin stonden. De vader van Pieter was geloof ik in de oorlog afwezig. Na de oorlog had hij met de vader van Hans Bouman geloof ik wat met deviezensmokkel te maken. In de oorlog was het naambordje Nussbaum vervangen door de naam Scheepmaker' van zijn vrouw. Deze vrouw was net als Greta Garbo mensenschuw. Wij zagen haar haast nooit. Toevallig liepen wij haar in 1953 in Zwitserland tegen het lijf.

Jan Nooy, de vader van Beppie jr verhuurde toneelkleding. Een beetje morsige familie. Op die hoogte woonde ook mw Bigot, die de bijnaam had van"de paardenzoenster". Die had ook een kattenkooi voor onnoemelijk veel katten, die later weg moesten.

Ik zou nog veel meer kunnen vertellen, maar ik ben van plan om over mijn jeugd een boek te schrijven.
Met hartelijke groeten,

WIm (Pim) Courant in de oorlog ook wel, Flanderijn genoemd.
w.courant@hetnet.nl

omhoog   REÜNIE VAN 18 APRIL 2010 

N.a.v. bovenstaande stuk over de Kromme Mijdrechtstraat zijn er een aantal reacties geweest van oud-bewoners van de KM, dit heeft ondergetekende en Leo van Hoek  doen besluiten om opnieuw een reünie te organiseren. Dit zou dan de tweede worden, want de eerste reünie was in 2005.
Wij zijn op zoek gegaan naar een locatie en kwamen uiteindelijk terecht bij het "Mirandapaviljoen", ons wel bekend. Op 18 april was het dan zover.
De opkomst was geweldig, de mensen kwamen zelfs uit Zeeuws-Vlaanderen en de Achterhoek. Na ontvangst met koffie en gebak en een welkomstwoord van Leo zijn wij, voor diegene die dat konden, een wandeling
gaan maken vanaf het "Mirandapaviljoen" naar de K M, het weer was prachtig en de wandeling gezellig.
Bij aankomst in de KM was het voor een aantal mensen best emotioneel. Yonty van Oorschot had het geluk om zijn ouderlijk huis te bezichtigen. Emotie!
Na de terugwandeling naar het "Mirandapaviljoen" werd er nog een DVD vertoond over de BNer's uit de KM, t.w.: Adrie van Oorschot, Justus Jesaijes en Frits en Rob Selling, tevens las Yonty nog een gedicht voor.
Om 17.00 uur was het afgelopen, de aanwezigen hebben het erg naar hun zin gehad. Al met al een geslaagde middag.
Van de middag zijn video-opnamen en veel foto's gemaakt, deze zijn op en DVD gezet en inmiddels hebben de toen aanwezigen een exemplaar ontvangen, dit is zeer op prijs gesteld.


Erik Laverman en Evelijn Goldstaub


Erna Barend Ria van Hoek Yonty van Oorschot Evelien Jesajes


Frits en Rob Selling en Dini de Grouw


Groepsfoto op locatie


Nel en Joke Mulder met echtgenoot


Ria en Leo van Hoek en Yonty van Oorschot


Zusjes Barend


Zusjes Roels in de Gaaspstraat

Erik Laverman - 2 november 2010

eriklaverman@hetnet.nl

omhoog

Terug naar de vorige pagina <<