Ingezonden door Menno Metselaar

Terug naar de vorige pagina <<

 

index ingezonden

Pagina van Menno Metselaar

‘Er kwamen elke dag minder leerlingen’
door Menno Metselaar

Interview met Klara Musikant (1930-2010)

 

Amsterdam
‘Ik ben geboren in 1930. Wij woonden in Amsterdam-Zuid. (Henriëtte Ronnerplein 12 I, red.) Bernard Isaac, mijn vader, was procuratiehouder, Susanna Eijl, mijn moeder, deed het huishouden. Zij had wel voor kleermaakster geleerd. Ik ben enig kind. Mijn familie was Joods, maar niet gelovig, wij gingen niet naar de synagoge en aten niet koosjer. Jaarlijkse traditie waren wel de matzes. Na al die jaren voel ik mij nog steeds Amsterdamse: Ik ben Amsterdamse en dat blijf ik.’

Montessorischool
‘In 1934 ben ik op de 6e Montessorischool gekomen. Op de klassenfoto (uit 1935) zit ik links vooraan. Gek genoeg heb ik weinig herinneringen aan de Montessorischool, en absoluut geen enkele herinnering aan Anne Frank, die ook op die klassenfoto staat. Juf Baldal (de juf op de klassenfoto) was aardig. Op de Montessorischool moesten wij ’s ochtends leren, bijvoorbeeld voor aardrijkskunde de Nederlandse provincies leren, die vervolgens door een oudere leerling werden overhoord. In iedere klas waren 3 jaar groepen. Als je bij bepaalde vakken niet verder kwam, dan mocht je naar juf Baldal toe lopen en haar om hulp vragen. Soms kwam ze ook naast je zitten om wat uit te leggen. ’s Middags mochten wij wat meer doen wat wij zelf wilden (lezen, tekenen, naaiwerkjes). Aan andere leraren of leraressen heb ik geen concrete herinneringen. Ik heb nog wel contact met Rela Salomon, die op de foto tegenover mij zit.’


Klassenfoto 6e Montessorischool - 1935
Foto en met dank aan: AFF/AFS

De jaren dertig...
‘Mijn ouders waren actief in de communistische partij. Zij hielpen voor de oorlog politieke vluchtelingen uit nazi-Duitsland. Mijn oom (Joseph Eijl) heeft in de Spaanse Burgeroorlog  gevochten en mijn  vader is hem op een gegeven moment op de motorfiets gaan ophalen in Zuid-Frankrijk.’

De Meidagen
‘Ik herinner mij weinig van de meidagen. Wel weet ik nog dat ik onder tafel schuilde... Een Joodse arts en zijn gezin bij mij in de buurt pleegden zelfmoord. Maar eigenlijk ging het leven gewoon verder tot het begin van 1941.  

Verzet
Mijn oom Joseph (Joop) verspreidde pamfletten tijdens de Februaristaking in 1941. Hij is gearresteerd en direct gefusilleerd. Dat was de eerste keer dat ik mijn moeder zag huilen. Ook ik was diep geraakt; hij was mijn liefste oom. Als eerbetoon aan hem is er in Amsterdam een straat naar hem vernoemd.

Mijn moeder
’Ook mijn moeder was betrokken bij het verzet. Zij verspreidde illegale pamfletten. In februari 1942 ging zij ’s nachts op pad en toen werd zij gearresteerd en in een gevangenis in Amsterdam gevangen gezet. Ik heb nog een zakdoek die zij in die tijd gemaakt heeft. In oktober 1942 is mijn moeder naar Auschwitz gedeporteerd. Daar is zij meteen vermoord. Na de oorlog heeft dit tot een breuk in de familie geleid: de familie van mijn verweet mijn vader dat hij de verzetsactiviteiten van zijn vrouw niet tegengehouden heeft.’

Suzanna Musikant-Eijl »
Amsterdam, 12 december 1904
Auschwitz, 5 november 1942
Echtgenote

‘Voor Joden verboden’
‘Vanaf mei 1942 moesten alle joden, die ouder waren dan zes jaar een ster op hun kleren dragen. Niemand deed vervelend of was onbeschoft tegen mij, dat herinner ik mij nog heel goed. Ik zag er niet joods uit en maakte daar flink gebruik van: ik bedekte mijn ster, nam de tram en kwam op plaatsen die eigenlijk verboden waren voor joden... Na de zomervakantie van 1941 moesten joodse leerlingen naar aparte scholen. Van het afscheid van de Montessorischool herinner ik mij niets. Ik ging eerst naar de zesde klas van een joodse Montessorischool in Amsterdam-Oost en daarna heb ik in september 1942 nog een paar weken op de Joodse H.B.S. gezeten. Er kwamen elke dag minder leerlingen, sommigen waren opgepakt, andere ondergedoken…’

Onderduiken...
‘Ik heb verschillende onderduikadressen gehad.
Eerst ben ik in de zomervakantie van 1942 in Zeist ondergedoken bij een weduwe,. Zij was streng gereformeerd en wekte in mij interesse voor religie en had een kwekerij, waar ik mijn liefde voor planten aan heb overgehouden.

Na Zeist ging ik weer terug naar Amsterdam en ging naar de HBS. Na een paar maanden weer naar Zeist. Ik ben in Zeist bij drie verschillende families ondergedoken gezeten: bij een gezin met tweelingen, bij een familie waar ik Kerst gevierd heb en bij een uitgever. Vooral aan die uitgever heb ik goede herinneringen. Ik hield erg van lezen en hij gaf mij veel boeken. Als ik ze uit had, dan moest ik hem vertellen wat ik er van vond.   

In de lente van 1943 kwam ik bij een familie van den Berg in Utrecht terecht, waar ik tot het einde van de oorlog zou blijven. Ik ga er van uit dat mijn vader voor die hulp heeft betaald. Mijn vader zat zelf in Amsterdam ondergedoken en heeft zo de oorlog overleefd. Vanaf dat moment ging ik door het leven als Klara van den Berg, een nichtje van de familie.‘

De helpers
‘Het gezin bestond uit Herman en Klasien van den Berg en hun zoon Herman (± 18 jaar). Ik noemde ze natuurlijk oom en tante en neef. Oom Herman was kleermaker en erg aardig, zijn vrouw was wat streng. Ik voelde trouwens al snel dat ‘neef’ Herman een beetje jaloers op mij was. Hij was niet blij dat hij de aandacht van zijn ouders nu met mij moest delen. Misschien hadden zijn ouders ook wel graag een dochter gehad...’

Alleen
‘Alleen voelde ik mij tijdens mijn onderduiktijd niet. Ik speelde met meisjes uit de buurt of ging met de hond wandelen langs de Vecht. Tijdens mijn onderduiktijd heb ik zelfs mijn zwemdiploma gehaald. Verder las ik veel, ook zogenaamde ‘verboden boeken (boeken met een erotische lading)’ en hielp ik in de huishouding. Tijdens mijn onderduik had ik ook contact met mijn vader. Ik heb nog een brief uit augustus 1944, die door de ontwikkeling van de oorlog, nooit door het verzet is opgehaald en naar hem is gebracht.’

Terugbetaald
‘Ik heb het gevoel dat ik door toeval iets heb kunnen terugdoen voor mijn ‘oom en tante’. ’s Avonds keek ik een keer uit het raam en zag dat er in onze straat een razzia voor de arbeidsinzet. Meteen waarschuwde ik mijn neef, die net op tijd in het onderduikhol (een schuilplaats in huis) kon verdwijnen. Anders was hij vast opgepakt...’

  • Klara Musikant is op 24 juni 2010 overleden.

Menno Metselaar - Anne Frank Stichting - 13 september 2010.

Dit  interview is met toestemming van Menno Metselaar - Anne Frank Stichting - op deze website geplaatst. Waarvoor onze erkentelijkheid. (red.)

Reactie van Rebecca (Rela) Siegel-Salomons

Naam: rebecca siegel-salomons (rela)
Gewoond: Rivierenbuurt
Onderwerp: Klara Musikant's verhaal
Land: United States
Date: 19-05-11
 
Heb Klara's verhaal met interesse gelezen. We waren vorig jaar in contact met elkaar door e-mail. Het heeft me getroffen dat ik las dat zij vorig jaar is overleden. Het kringetje van overlevenden wordt steeds kleiner.

omhoog

Terug naar de vorige pagina <<