ODE AAN DE SCHOOLFOTOGRAAF Dit artikel over mijn schooltijd is tevens een ode aan de school-fotograaf.
In de tijden dat fotograferen nog een luxe was, heeft de school-fotograaf veel van onze
jeugd vastgelegd. In deze web-site vind je klassenfotos zelfs vanuit de jaren
dertig. Je klasgenoten waren ook vaak je buurtvrienden en vriendinnen, deze fotos
vertegenwoordigen derhalve een echt stuk jeugdsentiment.
Mijn bijgaande klassenfoto van eind jaren veertig was bij Mejuffrouw Gruyters, in de
kleuterschool op het Victorieplein/begin Rooseveltlaan.
Klassenfoto kleuterschool
Bijna veertig kinderen! Dit waren blijkbaar nog tijden van
schaarste. Mijn ouders aten elke zondag als een delicatesse doperwtjes uit blik. Op
verzoek van de school maakte mijn vader het blik helemaal schoon, de scherpe rand werd
platgedrukt, met een fretboortje maakte hij twee gaatjes voor een stukje ijzerdraad en het
emmertje voor de zandbak was klaar.
Het Victorieplein was toen al druk, vier keer per dag moest mijn moeder mij brengen en
ophalen.
In mijn laatste kleuterjaar ging ik naar een nieuwe kleuterschool in een huizenblok aan de
Uiterwaardenstraat, vanuit de Gaaspstraat links af.
Dit was blijkbaar een van de laatste scholen die gebouwd werden binnen in een huizenblok
met het bekende poortje onder de eerste verdieping door.
Van deze school kan ik mij niets meer herinneren, destemeer van mijn lagere school de
Meerhuizenschool.
Rapport Meerhuizenschool
De eerste klas met juffrouw Muller (grijs haar met een
knotje).
De klassen met grote gietijzeren kachels, die toen nog met blokken turf werden
aangestoken.
Ik moest toen nog alle vulkanen van Java op een rij uit mijn hoofd leren.
Elke ochtend werd je naam genoemd om de presentatielijst in te vullen, ik denk dat dit
niet meer gebeurd. De binnenplaats van de school was verbonden met de binnenplaats van de
achterliggende school de Borssenburg-ULO, de Berlageschool was de aangrenzende school op
het plein zelf.
Het was een openbare school, aanwezige propaganda-posters met zijn allen onverdeeld
naar de openbare school was mijn eerste kennismaking met de schoolstrijd.
Voor de leerlingen uit de Remise/Speeltuin-buurt was de Meerhuizenschool onverbrekelijk
verbonden met de Stalinlaan later Vrijheidslaan, een toen al gevaarlijke verkeersader die
wij nooit alleen mochten oversteken. Met het verdwijnen van de toenmalige
midden-plantsoenen (net zo als op de Churchill-laan) werd de oversteek van de Kromme
Mijdrechtstraat aan beide kanten afgesloten met zijplantsoenen. Uiteraard hadden onze
moeders [die ons altijd naar school brachten] geen zin om over te steken bij de Rijnstraat
of Amsteldijk en liepen met ons dwars door de plantsoenen bij de Kromme Mijdrechtstraat.
En prompt verscheen er een politie-agent uit de bosjes: Mevrouw U mag hier niet
oversteken!
De gemeente is blijkbaar toch overstag gegaan, de oversteek werd een nette zebra-pad met
iets compleet nieuws: de oranje knipperbol op een zwart/witte paal. En dat betekende dat
het verkeer voor jou als voetganger moest stoppen. Ik meen dat in die tijd ook het
verschijnsel van klaar-over is ontstaan. Ik vind het vreemd dat bij de recente
herdenking van de toenmalige emotionele naams-verandering niets is vermeld dat er toen ook
sprake was de Stalinlaan om te dopen in Mieke Boumanlaan, de advocate annex heldin van het
beruchte Jungschlager/ Schmidt proces in Indonesië.
Gedurende de laatste drie jaren van de Meerhuizenschool was Harry Vocht onze leraar.
Wij beseften het toen nog niet, maar in feite was hij een van de aller-eersten van de
stroming onderwijzers nieuwe stijl. Hij woonde in de Nieuwe Spiegelstraat en had een
artistieke vrouw met een paardenstaart. Hij was een echte francofiel, van hem kreeg ik
naschoolse les in de Franse taal.
Buitenschoolse activiteiten zoals schoolreisjes, museumbezoeken, verkeerslessen,
schoolzwemmen e.d. kwamen toen ook in de mode. Door zijn moderne manier van les geven,
hebben deze lagere schooljaren voor de rest van mijn leven een positieve indruk
achtergelaten.
Ook de buurt zelf rond deze school was heel apart, in feite meer Amsterdamse School dan de
Rivierenbuurt-stijl aan de overkant. De bouwstijl van Vechtstraat bij de Amstelkade
bijvoorbeeld is heel anders als de blokkendozen in de Vechtstraat bij de Kennedylaan. Daar
op de Amstelkade gingen wij in de winter altijd kijken hoe het stond met het ijs.
En niet te vergeten de natuurstenen tuinmuurtjes op het plein, waarop wij altijd zaten te
wachten: de toenmalige oer-vorm van een hangplek. Op de hoek van de Kromme Mijdrechtstraat
en de Uithoornstraat waren er twee winkels met een mooie glazen artdeco-pui. De winkel
links was toen een groentenwinkel en de winkel rechts een snoepwinkel, daar kocht je snoep
zoals kandijblokken aan een touwtje of stroop-soldaten. Deze buurt zat overigens vol met
allerhand winkeltjes. De vader van mijn klasgenoot Peter Koghee had een fietsenzaak in de
Borssenburgstraat, een vader van een andere klasgenoot Robbie Hilde-brand had een
kleermakerszaak in de Uithoornstraat. Daar was ook een kleine kantoorboekhandel, waar je
potloden en andere schoolartikelen kocht. Een nieuw artikel de balpen (ballpoint) was toen
nog niet toegestaan op school, je mocht alleen schrijven met pen en inkt.
Als je wat geld had kocht je een eigen vulpen bij de Hema. Een schoolvriend Aland Grifioen
woonde net om de hoek in de Korte Meerhuizenstraat en keek vanaf zijn achterkamertje
direct op de school.
Zijn vader had een garage en sommige keren mochten wij meerijden in de auto, dat was toen
een klein avontuur.
Een andere schoolkameraad was Robby Scheerlings, zijn ouders hadden zeven kinderen.
Zijn vader was PVDA-wethouder van Woningbouw. Zij waren een van de eerste bewoners van de
nieuwe dubbele woningen op de Weesperzijde bij het Amstelstation (Van der Kunbuurt).
Dit artikel (net zo als vele andere ingezonden artikelen) bevat ook een maatschappelijke
strekking.
Ik ben er stellig van overtuigd dat momenteel vele maatschappelijke problemen op zijn
minst kan worden verminderd door kleinschaligheid en betrokkenheid vanuit de directe
omgeving.
Kleinschalige buurtscholen; bejaarden-voorzieningen, medische faciliteiten en zo veel
mogelijk overige (o.m. openbare) voorzieningen als direct onderdeel van het locale
woongebeuren is een essentieel concept voor bewoonbare buurten nieuwe stijl.
Voorts dient in dit concept hoogbouw met een blinde plint (d.w.z. een niet bewoonde begane
grond met blinde muren en kelderramen) achterwege gelaten worden.
Met begane grond zonder woningen en/of kleine bedrijven is er geen sociale controle meer
op het aangenzende straatgebeuren.
De huidige bestuurders die in de Rivierenbuurt en omgeving grootschalige projecten willen
neerzetten, hebben blijkbaar niets begrepen van de toenmalige sociale aspecten in Plan
Zuid van architect Berlage.
Zijn opvattingen zijn al tachtig jaar oud maar nu weer uiterst actueel.
Foto van mijn zoon, weer vlak bij roots van zijn vader:
"Mijn zoon Jordan geboren en getogen op Curacao, anti-kraak bewoner in de Jan
Bernardusstraat, staat op de Weesperzijde. Op de achtergrond de Berlagebrug en de
Rivierenbuurt, waar zijn vader zijn jeugd heeft doorgebracht".
Ronald de Haan - Curaçao - 1 januari 2007
e-mail: mbsbusnv@cura.net
"HET PAROOL !!!" Het Parool, heel hard met veel uitroeptekens.
De Heer Spiegelberg uit de Kromme Mijdrechtstraat was de krantenbezorger in onze buurt van
het veel gelezen dagblad Het Parool.
Vrijdagavond belde hij dan aan voor het wekelijkse abonnementsgeld en riep hij heel hard
door het trappenportaal:"Het Parool !!!".
Hij sjouwde zich kapot aan de loodzware krantentassen.
Zijn zoon Joop Spiegelberg was gitarist in zijn eigen rock&roll band The Teddy Bears.
Tezamen organiseerden wij met ondermeer zijn band [in feite het allereerste]
rock&roll-concert, in de speeltuin gedurende de viering van de bevrijding op 5 mei
1960.
Mijn naam is Ronald de Haan, ik ben geboren op 2 maart 1944
in de Kromme Mijdrechtstraat 72, 2 hoog (tegenover de fietsenstalling van Selling).
Tot ongeveer 1962 heb ik daar gewoond en daarna ben ik verhuisd naar de Gaaspstraat 21, 2
hoog tegenover de speeltuin.
Onze etage's in de Kromme Mijdrechtstraat waren uitsplitsingen van voormalige dubbele
appartementen en helaas had onze etage daardoor geen badkamer.
Dat betekende na de leeftijd van de teil, het badhuis in de Diamant-buurt en soms het
luxere badhuis in het Amstelstation. |
Vergroot
Vergroot
Vergroot |
Door de verhuizing naar de Gaaspstraat kregen wij een
badkamer en ik eindelijk een eigen kamer, wat een luxe.
Voorts herinner ik mij ook nog de lelijke bruine verwarmings-radiatoren terwijl de c.v. al
sinds de oorlog niet meer werkte.
Tijdsdocument huurkwitantie d.d. 7 januari 1952 ad
f.7,90.per week
De Kromme Mijdrechtstraat tussen de Amsteldijk en de
Lekstraat was in feite een beetje een saaie straat.
De rest van de Kromme Mijdrechtstraat (Bakker Schaap met zijn warme luilakbollen) en
vooral dat vreemde stukje over de Vrijheids-(toen nog Stalin-)laan behoorde niet tot mijn
domein tijdens mijn vroege jeugd.
Bij de Amsteldijk had je de melkzaak Kannenworf, een depot van Odol (het rook daar ook
naar dat mondwater), de motorzaak van Selling en op de hoek een auto-showroom(?).
Tussen de woningen stond de papierfabriek Trompenburg.
Onze hangplek was het pleintje naast de ingang van de tramremise; daar rondom Drogisterij
Mulder, een sigarenboer, de garage met toen een benzinepomp, groentenhandel Grauw en de
slager op de hoek van de Lekstraat.
Het pleintje was onze ontmoetingsplek: voetballen, slagbal, kerstbomen verbranden, luilak
vieren, ijsbaantje glijden en gewoon bij elkaar hangen, zonder echte overlast te bezorgen
voor de omwonenden.
Boekhandel Argus in de Lekstraat vlak bij de Vechtstraat had een unieke
uitleenbibliotheek, je mocht daar zelf de boeken uitzoeken.
Ik heb daar vele woensdagmiddagen doorgebracht met de nieuwe hardcovers van de Bob
Evers-serie.
Bij de Wolkenkrabber was het agentschap van het Parool, waar ik na hard sparen de Kapitein
Rob stripboekjes kocht voor 75 cent: langwerpig met slappe kaft, nu een collecters-item.
Mijn vroegste jeugdherinneringen van de buurt waren:
De Tramstaking in de Lekstraat april 1955, een erg grimmige sfeer voor die tijd en dat
heeft bij mij veel indruk achtergelaten.
De opening van de nieuwe Utrechtse Brug medio 1954, want tegenover mij boven de
fietsenstalling van Selling op drie hoog woonde de familie Speelman. Zij hadden een
parfumerie-zaak in de Rijnstraat en daar heb ik toen een grote fles parfum gewonnen.
Je kan eindeloos doorgaan met zoveel Rivierenbuurt-trefwoorden van die tijd: het De
Mirandabad, het (verboden) landje tussen de Rivierenlaan en de Amsteldijk, het pontje naar
de Omval, schaatsen op de Boerenwetering en op de Amstelkade, mijn lagere school "de
Meerhuizenschool" (met veel dank aan Schoolbank.nl), snoepwinkel Jamin in de
Uiterwaardenstraat, korfballen bij Allen Weerbaar in de Reggestraat en... want armoede was
nog troef...: hout zoeken voor de kachel op de nieuwbouw aan de overkant van de
Rivierenlaan, fietsje huren, wasmachine huren, etc.
En natuurlijk al vanaf erg jong de speeltuin aan de Gaaspstraat.
De grote zandbak, de wip (zie foto), de glijbaan, de draaimolen en de klimkooi.
In het oude groene houten clubgebouw: de filmmiddagen, de figuurzaagclub,
Palmpasen-optocht met een haan van brood op een stokje.
Mijn oudere broer heeft daar mandoline leren spelen.
Vanaf einde jaren vijftig was ik ook actief betrokken bij de speeltuin. Dat begon speciaal
toen het nieuwe clubhuis werd gebouwd en er was dan ook veel meer ruimte voor allerhande
activiteiten.
Ik wil deze bijdrage sluiten met een vraag of iemand exact weet wanneer het nieuwe
clubhuis is geopend.
Er komt binnenkort nog een tweede stuk over mijn speeltuintijdperk.
PS: Nog een bijzondere bijdrage beroemde bewoners Rivierenbuurt.
In eerste instantie een verzoek om inlichtingen hierover:
Gerber Sonderman, de vriend van Prins Bernard, beroemde veteranen-piloot en verzetstrijder
woonde in de jaren veertig en misschien ook begin jaren vijftig in de Wolkenkrabber.
In de oorlog had hij in de Wolkenkrabber een geheime illegale zender.
Weet iemand hier iets over?
Ronald de Haan - 22 januari 2005
Terug naar de vorige pagina << |